Zoeken in honden informatie

Wormen

Wormen

Algemeen

Uw hond kan besmet raken met wormen. Het besmet raken dat kan op verschillende manieren gebeuren.
- Door de moedermelk of het oplopen van wormen in de baarmoeder.
- Door het opnemen van vlooien.
- Door het per ongeluk meenemen van besmette eieren die in uitwerpselen zitten. Dit kan meegenomen
  worden in het vacht van uw huisdier en/of aan uw eigen schonen.
- Door het eten van een prooi.

spoelworm
spoelworm
 De spoelworm bij de hond heet Toxocara canis. Deze kan wel 18 centimeter lang worden, en ze leven in de dunne darm van de hond. Deze volwassen wormen komen vrijwel nooit in de ontlasting terecht. Soms komen ze wel voor in de braaksel van de hond,  daarom is het moeilijk te zien of de hond hiermee besmet is. En de eitjes zijn voor de mens met het blote oog niet te zien. Verder zijn de eitjes zeer goed bestand tegen temperatuurschommelingen en schoonmaakmiddelen. Ze kunnen zelfs enkele jaren in staat zijn om infecties te veroorzaken.
De lintworm leeft in de dunne darm, dze worm kan van enkele centimeters tot een meter lang worden. Deze worm bestaat uit een kop, met daarachter een groot aantal segmenten die gevuld zijn met eitjes. Deze achterste segmenten laten los als ze rijp zijn en kunnen dan zelfstandig uit de anus kruipen. Deze segmenten kunnen zichtbaar zijn in de ontlasting van de hond.

De mens

Ook de mens kan besmet raken met wormen, vooral kleine kinderen lopen gevaar bij contact. Dit kan gebeuren door het eten van ongewassen bosvruchten en/of door middel van contact met besmette dieren of plaatsen. Vooral een zandbak kan besmet zijn met wormeieren.
Als de mens eitjes binnen krijgt, dan komen er larfjes vrij die zich gaan verspreiden in het lichaam. En overal waar ze komen veroorzaken ze ontstekingen.

De hond

Als een volwassen hond besmet is verloopt dat vaak zonder symptomen. Vaak kan men het eenvoudig zien in de uitwerpselen van de hond. Verder komt het vaak voor dat ze dan jeuk hebben aan hun anus, braken en aan de diarree zijn.
Een besmette pup wil vaak slecht groeien, terwijl ze wel een dikke buik hebben. Tevens kunnen ze last van diarree hebben of last van maagkrampen hebben.

Preventie

Het is zeker aan te raden om preventieve maatregelen te nemen en uw huisdier regelmatig te ontwormen.
- Was altijd goed de handen, na het spelen in de zandbak, het werken in de tuin en na contact met
    huisdieren.
- Eet geen ongewassen bosvruchten.
- Bestrijd knaagdieren.
- Geen slachtafval voeren aan de hond.
- Dagelijks de uitwerpselen van de hond opruimen.
- Geen contact met loslopende honden, katten en vossen.
- De kattenbak schoon spoelen met heet water.

Ontwormingsschema

Het aanbevolen ontwormingsschema voor honden is als volgt.
- De pups ontwormen op 2, 4, 6 en 8weken. Daarna op 4 en 6 maanden.
- De teef ontwormen voor de loopsheid waarin ze gedekt gaat worden.
- De teef na de geboorte tegelijk met  de pups ontwormen.
- Volwassen honden 4 maal per jaar ontwormen.
- Zogende teven ontwormen met de pups.

Vlooien

Vlooien

Inleiding

Wanneer men een hond of kat heeft, dan kan men last krijgen van vlooien. Deze vlooien kunnen zich in het huis en op de hond of kat nestelen. Deze vlooien kunnen het gehele jaar voorkomen. Deze insecten voeden zich met het bloed van de huisdieren waarop ze zich bevinden. Na deze bloedmaaltijd, legt de vrouwelijke vlo plusminus honderd eitjes per dag op de vacht van de huisdier.
Deze eitjes vallen dan op de grond her en der in het huis. Vooral op de plek waar de hond of kat slaapt kan worden besmet.

levenscyclus van de vlo
levenscyclus van de vlo

Levenscyclus

De levenscyclus van de vlo begint bij een eitje, uit dit eitje komt in minder dan 10 dagen een larve. Deze larven schuwen het licht en verstoppen zich. Meestal verstoppen deze larven zich in het tapijt, kieren, stoelen en spleten van de vloer.
Een larve bouwt een cocon rondom zich heen. Binnen in die cocon zet de larve zich om tot een volwassen vlo. Een jonge vlo kan in ongunstigste tijd, dit is in de winter, tot 140 dagen overleven in haar cocon.
De vlo is het gehele jaar door een bedreiging voor de kat en hond. Omdat het lekker warm is in onze huizen zijn de vlooien zelfs tijdens de winter actief. De warmte is ideaal voor de ontwikkeling van de eitjes, larven en cocons.
Het is mogelijk dat u zelf de eieren van vlooien via uw schoenen naar binnen brengt. Als een van de huisdieren vlooien heeft, dan zijn de eventuele andere dieren die zich in huis bevinden, ook besmet.
hondenvlo
hondenvlo

Gevolgen

Bij de mensen blijft de vlo niet op het lichaam zitten, wel kunnen ze bloed gaan zuigen. Bij sommige mensen is het mogelijk dat ze een allergische reactie krijgen van een vlooienbeten.
Verder moet men uitkijken, omdat de vlo de tussengastheer is van de hondenlintworm. Wanneer men onverhoopt de vlo inslikt, kan de mens besmet worden. Zeker is het oppassen met kleine kinderen die graag met een huisdier knuffelt. En zodoende heel dicht met hun gezicht, dicht bij de eventuele aanwezige vlooien is.

De gevolgen bij huisdieren is, dat een vlooienbeet erge jeuk kan veroorzaken. Ook bij een huisdier kan een allergische reactie vertoond worden op een vlooienbeet. De vlooien blijven bij de huisdieren op hun lichaam zitten. Hierdoor gaan de honden en katten zichzelf bijten en krabben. Hierdoor kan huidletsel veroorzaakt worden. Waardoor de huisdier wondjes kan krijgen, die kunnen gaan ontsteken.
Door die ontstekingen kan de hond of kat huidinfecties krijgen, waardoor ze rode en kale plekken krijgen. Wanneer er sprake is van een erge vlooienbesmetting dan kunnen de vlooien zoveel bloed opzuigen, dat de huisdieren bloedarmoede kunnen krijgen. Ook hier is de vlo de tussengastheer van de hondenlintworm.
Wanneer uw huisdier last van vlooien heeft, kunnen er kale plekken ontstaan. Vaak gebeurt dit op de staartbasis. Maar ook is het mogelijk dat dit op de buik en aan de binnenkant van de poten voorkomt.

Behandelen

Wanneer men de huisdier preventief behandelt tegen vlooien, beperkt men de kans op een vlooienbesmetting in uw huis. Er zijn verscheidene middelen op de markt voor het gebruik tegen vlooien. De ene doodt de vlo, zodat de vlooien niet meer kunnen bijten en bloed zuigen. Zo wordt de allergische reactie voorkomen.
Er zijn ook middelen die de larf in de directe omgeving doodt, zo wordt de levenscyclus doorbroken en wordt er een nieuwe besmetting voorkomen. Wanneer men echt een vlooienplaag heeft, moet ook de woning behandelt worden.
Er zijn veel middelen op de markt voor het bestrijden van vlooien, zoals poeder, shampoo, spray, pilletjes en vlooienbanden. Echter het meeste wat er tegenwoordig gebruikt wordt zijn de pippetjes.

Ierse Wolfshond

Ierse Wolfshond


Algemene informatie

De Ierse Wolfshond is de grootste hond die er bestaat. Het is een gezellige hond die trouw en aanhankelijk is ten opzicht van zijn baas en gezin. Voor een leven als kennelhond is de Ierse Wolfshond absoluut niet geschikt. Deze hond wil graag tussen de mensen in leven.
Als waakhond is deze hond niet geschikt, hij is niet waaks en is vriendelijk tegenover voor hem vreemde mensen. Over het algemeen is de Ierse Wolkfshond geen hond die veel blaft. Toch heeft deze honderas een imponerende verschijning.
Een volwassen Wolfshond heeft veel beweging nodig. Verder mogen ze graag graven in de tuin. Ze kunnen enorme gaten in de tuin graven, zo groot dat ze er zelf in passen.

History

De Ierse Wolfshond is een oud ras dat ver terug gaat in de geschiedenis. Er zijn verschillende versies over het ontstaan van deze honderas. De een is dat de Kelten deze honden  meegenomen hebben vanuit Griekenland en Cyprus. Echter werden er voor die tijd in Ierland reeds skeletten gevonden van grote honden. Wat ook nog mogelijk is dat uit deze beide honden een kruising is ontstaan.
De Ierse Wolfshond werd vroeger ook wel Keltische hond, Irish Dog en Big Dog of Ireland genoemd.
Lange tijd was de Ierse Wolfshond een kostbaar bezit in adelijke kringen. Veel waardevolle honden verdwenen op deze manier uit Ierland. Totdat de consul Oliver Cromwell in 1652 een verbod instelde op de uitvoer van deze honden. Dit was ook hard nodig, omdat er een overschot ontstond aan wolven. Men had toen in die tijd, deze hond nodig om op wolven te jagen.

Ierse Wolfshond verzorging
Ierse Wolfshond verzorging

Algemeen uiterlijk

De reu bereikt een minimum schofthoogte van 79 centimeter, en een minimumgewicht van 54 kilo. De teef wordt minimaal 71 centimeter en minimaal 40 kilo. De schedel van deze hond is lang en vlak, met een snuit die lang en middelmatig spits is. Verder heeft deze hond donker gekleurde ogen, en heeft een scharend gebit, echter is een tanggebit ook toe gestaan. Deze hond is een groot en indrukwekkende verschijning.
De Ierse Wolfshond heeft een goed behaarde en lange staart. Deze staart is licht gebogen.

Vacht

De vacht van de IerseWolfshond is ruw en hard op het lichaam. Wat betreft de verzorging van de hond om zijn vacht in goede conditie te houden, is een regelmatige borstelbeurt voldoende. Verder moet deze hond 1 a 2 keer per jaar geplukt worden. Men verwijdert dan met de hand de oude dode haren.
De erkende kleuren van de Ierse Wolfshond zijn grijs, gestroomd, zwart, rood, reekleurig, effen wit en elke andere kleur die bij de Deerhound voorkomt.

Ierse Wolfshond vacht
Ierse Wolfshond vacht

Pups

Van pup tot mentaal en lichaamelijk volwassen zijn, duurt drie jaar bij deze honderas. Een pup weegt bij de geboorte tussen de 500-800 gram, tien weken later is dit al 12 tot 15 kilo. Dit ras groeit dus zeer snel, het is dan ook heel belangrijk om voorzichtig om te gaan met het bewegingsgestel van de pup. Laat hem niet te veel bewegen of ongecontroleerde bewegingen te maken. Zowel voor een pup als volwassen hond, vermijd het trap lopen. Bij een volwassen Ierse Wolfshond zeker tot een minimum beperken, het liefst helemaal geen trap lopen.


Ierse Wolfhonds pups
Ierse Wolfshond pups

Gezondheid

Een Ierse Wolfshond is geen ras dat echt oud wordt, gemiddeld worden ze maar 6 a 7 jaar. Verder kampt dit honderas met erfelijke aandoeningen. De meest voorkomende ziektes bij deze hond zijn botkanker en hartaandoeningen. Verder is deze honderas zeer gevoelig voor narcose.
Heupdysplasie komt veel voor bij grote hondenrassen, echter niet bij de Ierse Wolfshond. Wel moet men zeer alert zijn op een maagtorsie. Verder moet men de Ierse Wolfshond doed in de gaten houden, deze hond is namelijk zeer hard voor zich zelf wat betreft pijn. Als hij iets heeft, zal de hond hiervan niet veel van laten merken.

Gebruik

Oorspronkelijk werd de Ierse Wolfshond gebruikt voor de jacht op groot wild. Zoals het edelhert, de eland en de beer. Zoals de naam van de hond het al doet vermoeden werd er ook wolven gejaagd met deze hond. Verder gingen deze honden vroeger mee op kruistochten.
Tegenwoordig wordt deze hond gebruikt als gezinshond.

Shiba

Shiba


Algemene informatie

De Shiba is absoluut geen lui schoothondje. Het is een hond die dicht bij de natuur staat. Dit hondenras staat er bekend om dat het pittige en energieke honden zijn. Van formaat zijn ze bescheiden, verder is het een trotse en zelfbewuste hond.
Dit hondenras heeft iets katachtigs over zich wat betreft zijn hygiëne. Ze maken een ritueel van het wassen van zichzelf, als u meer dan een Shiba bezit, zullen zij zich elkaar uitvoerig schoonlikken. Verder is het wel belangrijk om deze hond te laten accepteren dat u zijn teennagels knipt. Ze hebben hier zo een hekel aan, dat ze uit protest gaan gillen. Deze protestgil gaat door merg en been. En als u hier aan gaat toegeven, zal deze hond het vaker gaan gebruiken om zijn zin te krijgen.
Over het algemeen blaft de Shiba niet zonder reden, de hond is zeer waaks.Veel Shiba's horen zichzelf graag blaffen. Als deze hond aanslaat, dan zal ook iedereen het horen.
De Shiba is niet altijd even tolerant naar honden van het zelfde geslacht, hij heeft ook behoorlijk wat territoriumdrift en zal niet altijd toestaan dat andere honden zijn domein betreden.


shiba verzorging
Shiba verzorging

History

Men neemt aan dat de Shiba een bijzonder oud ras is. Volgens vele wetenschappers is deze hond de oudste van de Japanse rassen. De Japanse honden zijn lang gefokt, zonder inmenging van buitenlands bloed. Dokter Hiryoshi Saito reisde door heel Japan om een studie te maken van de Japanse hondenrassen. Hij gaf de verschillende rassen namen naar de gebieden waar hij de honden aantrof. Voor de Shiba geldt niet niet, hierover bestaan verschillende verhalen. Dit is echter moeilijk te achterhalen omdat Japanse karakters verschillende betekenissen kan hebben. Shiba betekent zowel "klein "als "rood gedroogd kreupelhout".

Algemeen uiterlijk

Dit ras heeft een sterke en rechte rug. De reu bereikt een schofthoogte van 40 cm en wordt tussen de 8 en 11 kilo. De teef wordt 37 cm, en tussen de 7 en 9 kilo. Deze hond heeft een brede voorhoofd met goed ontwikkelde wangen. Boven op zijn hoofd staan oren die naar verhouding klein en driehoekig zijn.
Verder heeft deze hond een schaargebit. Zijn ogen zijn donkerbruin van kleur, naar verhouding klein en driehoekig. De buitenste ooghoeken staan schuin omhoog. De staart van deze hond is hoog aangezet, dik gekruld en wordt sikkelvormig gedragen. De punt van de omlaag gebogen staart komt tot aan het spronggewricht.



shiba vacht
Shiba vacht

Vacht

De Shiba heeft een dubbele vacht, die bestaat uit een ondervacht en bovenvacht. De dikke zachte ondervacht heeft een isolerende functie. De harde bovenvacht beschermt de hond tegen diverse weersinvloeden en houdt het vuil weg.
Om zijn vacht in goede conditie te houden is een regelmatige borstelbeurt voldoende. Twee maal per jaar komt deze hond in de rui. Wanneer men dan niet regelmatig borstelt komt men hele bossen haar tegen in het huis.
De kleuren waar deze hond in voorkomt is rood, black en tan, sesam, rood-sesam en zwart-sesam. Al deze honden met deze kleuren zijn met "urajiro ". Dit betekent dat deze honden een witte aftekening hebben aan de zijkanten van voorsnuit en wangen, aan de onderkant van de kaak, borst, hals en buik, staart en aan de binnenkant van de benen.


Pups

Het is voor iedere hond belangrijk dat hij goed gesocialiseerd wordt. Voor de Sheba geldt dit in extremer mate. Een Shiba die in de eerste periode niet voldoende contact heeft gehad met mensen, kan zeer terughoudend en bang worden voor vreemden.
Tevens is de Sheba een hond die strak opgevoed moet worden. Dit moet gebeuren met zoals ze dan zeggen, met een " ijzeren vuist in een fluwelen handschoen ". Doet u dit niet, dan zal de hond de leiding nemen.


shiba pups
Shiba pups

Gezondheid

De Shiba is een gezond ras, dat weinig problemen kent. De aandoeningen waarop getest wordt binnen het ras zijn loszittende knieschijf, erfelijke oogaandoeningen en heupdysplasie. Deze testen worden gedaan om het ras zo gezond mogelijk te houden als mogelijk is.
Een Shiba wordt over het algemeen tussen de 12 en 15 jaar oud.


Gebruik

De moderne Shiba wordt voornamelijk gehouden als huisdier. Van oorsprong is het een jachthond, hij jaagt voornamelijk op het oog. Hij werd gebruikt voor de jacht op vogels en klein wild. Echter is deze hond veelzijdig en werd ook gebruikt voor de hertenjacht en sporadisch bij de jacht op de beer.
Om een goede jachthond te kunnen zijn in het bergachtig gebied waar deze hond oorspronkelijk vandaan komt, moest hij een trefzekere stap hebben en wendbaar zijn.
Er zijn Sheba's die in staat zijn om een laag vliegende vogel uit de lucht te vangen. Bij zijn jacht op knaagdieren gebruikt deze hond een katachtige sprong. Hij zit dan net als een katachtige ineengedoken en sprint dan op het juiste moment met zijn voorpoten op zijn prooi.

Siberian Husky

Siberian Husky



Algemene informatie

De Siberian Husky of ook wel Siberische Husky genoemd, is een vriendelijke zachtmoedige hond. Deze hond moest ook wel zachtzinnig zijn, omdat hij de kinderen van het nomadenvolk Tsjoektsjen warm hielden. Als het extreem koud was liet men de honden binnen slapen bij de kinderen.
De Husky is zeer aanhankelijk en hij kan niet goed tegen alleen zijn. Hij heeft regelmatig contact nodig met zijn baas. Graag leeft deze hond samen met andere honden.
De Siberian Husky is door de Tsjoektsjen eeuwenlang geselecteerd op snelheid, uithoudingsvermogen en op vriendelijkheid tegenover mensen en honden.
Wel moet er rekening mee houden, dat als de Husky los loopt, dat zijn passie voor de jacht los komt. Men moet er dus rekening mee houden als men met de hond in het bos wil lopen en als de hond los loopt in de tuin.

History

In het meest noordoostelijk deel van Rusland aan de kust van de Beringzee, ligt Tsjoekotka Autonoom district. In dit gebied ligt de baker mat van de Siberian Husky. Dit deel van Siberie bestaat uit extreem koude toendra's, die altijd bevroren zijn. Het nomadenvolk Tsjoektsjen hebben de Husky het langst zuiver gefokt, zonder inmenging van andere Russische honden.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden er in Frankrijk Husky gebruikt om de bevoorrading te verzorgen van munitie en voedsel in de Vogezen.


Siberische Husky verzorging
Siberische Husky verzorging

Algemeen uiterlijk

De reu bereikt een schofthoogte van 53 tot 60 centimeter, en wordt tussen de 21 en 27 kilo. De teef wordt tussen de 51 tot 56 centimeter, en wordt tussen de 16 tot 23 kilo.
De Siberian Husky is een middelgrote werkhond, die vlug, snel op de voeten is en elegant in zijn beweging is. Als deze hond in goede conditie is, draagt deze geen geen overtollig gewicht. Deze hond heeft een alerte, vriendelijke en ondeugende uitdrukking. Bij de grijze, bruine en zwarte Husky is de neus zwart, bij de andere kleuren lever of vleeskleurig. Verder heeft de hond een schaargebit.
Zijn oren zijn middelmatig groot, en driehoekig van model. Verder zijn de oren dik en goed behaard. De ogen zijn amandelvormig, staan matig uit elkaar iets schuin geplaatst. De ogen mogen bruin of blauw zijn, zelfs mag de hond een blauwe en bruine oog hebben.
De staart van deze hond is goed behaard en lijkt op de staart van een vos.


Vacht

De vacht van de Siberian Husky bestaat uit een dikke ondervacht en een bovenvacht. De bovenvacht is van wat harder dekhaar. Normaal gesproken is een regelmatige borstelbeurt voldoende om zijn vacht in een goede conditie te houden. Alleen tijdens de rui heeft de vacht meer aandacht nodig. Het aantal keren dat deze hond in de rui is. Da hangt er vanaf hoe men de hond houdt, binnen in de huiskamer of buiten.
Alle aanwezige kleuren worden erkend bij de Siberische Husky. Alle kleuren en aftekeningen, in de variatie van wit tot zwart zijn dus toegestaan.



siberische husky vacht
Siberische Husky vacht

Pups

Als men besluit om een pup te kopen van dit ras, moet men er rekening mee houden dat deze hond tussen de 12 en 15 jaar oud kan worden. Verder is het een intelligente hond, die graag voor zijn baas wil werken. Men moet wel de juiste verstandhouding bereiken met deze hond. Want de Husky werkt niet graag onder druk en is zeker niet slaafs. Deze hond wil graag samen iets ondernemen met zijn baas en het het liefst op gelijke voet staan.


Gezondheid

De Husky staat er bekend om dat het een gezond ras is, waarvan vrijwel geen rasgebonden problemen mee bekend zijn. De problemen die heel af en toe voorkomen zijn erfelijke oogaandoening, epilepsie, alvleesklier, zinkgebrek en huidziekte.
Deze hond is een voeding nodig met de nodige proteïnen en vet.


siberische husky sledehond
siberische husky sledehond

Gebruik

De Siberian Husky werd in het verleden voornamelijk gebruikt als sledehond. Dit ras werd door de nomaden in Siberië gebruikt voor het hoeden van hun rendierkuddes en voor het trekken van hun slee. Tegenwoordig wordt deze hond ook als huishond gehouden. Voornamelijk door mensen die met de Siberische Husky werken in de wedstrijdsport of recreatief. Dit hondenras komt het best tot zijn recht met een sportieve baas.
In het verleden was het in Nederland verboden om honden als trekdier te gebruiken. In 1996 kwam er de vrijstelling in werking, waarin op de Trekhondenwet een uitzondering wordt gemaakt voor een paar rassen. De rassen die hiervoor gebruikt mogen worden zijn de volgende rassen, Alaskan Malamut, Eskimohond, Samojeed, Groenlandhond en de Siberian Husky.

Jack Russel

Jack Russel


Algemene informatie

De Jack Russel Terriër is een robuuste, taaie en levenslustige hond. Hij is niet eenkennig en een vrolijke en vriendelijke mensenvriend. Deze hond is in de eerste plaats een jachtterrier.Tegenwoordig komen we deze hond vandaag de dag vaak tegen bij paardenmensen. De Jack Russel beweegt zich gemakkelijk tussen de paarden, en houdt de stallen vrij van muizen en ratten.
Het is wel een hond die veel beweging nodig heeft. Als deze hond zijn energie buiten kwijt kan, dan is hij in huis rustig. Men moet er wel rekening mee houden dat deze hond graag mag graven in de tuin. De Jack Russel Terriër blaft graag. Dit had vanwege zijn oorspronkelijk gebruik een functie. Het is echter goed mogelijk om dit blaffen te reduceren tot een minimum.


Jack Russel Terrier verzorging
Jack Rusel Terrier verzorging

Historie

Oorspronkelijk komt de Jack Russel uit Engeland. De naam Jack Russel heeft deze hondenras te danken aan dominee ( Parson ) John Russel, zijn roepnaam was Jack. De Jack Russel is ontstaan uit de Foxterriër van de negentiende eeuw. Die door Jack Russel verder is ontwikkeld als jachtterrier.

Uiterlijk

De Jack Russel wordt tussen de 25 en 30 cm. Elke 5cm betekent 1 kilo lichaamsgewicht, een Jack Russel van 25 cm hoog behoort dan ongeveer 5 kilo te wegen. Wat betreft de lichaamsverhouding, is deze hond langer dan hoog.
De schedel van deze hond is vlak, waarop knoporen of hangende oren op zitten die goed beweegbaar zijn. Verder heeft de hond kleine donkere ogen die amandelvormig zijn. De neus van de Jack Russel is zwart. Als de hond in rust hangt de staart in rust, als ze in beweging komen dan wordt de staart omhoog gedragen.



Jack Russel Terrier vacht
Jack Russel Terriër vacht


Vacht

De Jack Russel Terriër komt in drie vachtsoorten voor. Deze hond is er in gladhaar, ruwhaar en "broken coated " dit is een tussenvorm. Alleen de ruwharige moet een paar keer per jaar getrimd worden. Hierbij wordt het oude dode haar met de hand eruit geplukt.
De kleur van deze hond is overwegend wit, die zwarte of tankleurige aftekeningen mag hebben. Wanneer men honden tegen komt die het model hebben van een Jack Russel in de kleuren black en tan, vos, zilver of goudkleurig. Dan zijn dit geen raszuivere Jack Russels Terriërs. Wat overigens niet wil zeggen dat deze honden niet goed zouden zijn.

Gezondheid

Echte gezondheid problemen zijn niet echt bekend bij de Jack Russel Terriër. Heel af en toe komt patella luxatie voor. Patella staat voor knieschijf, een knieschijf die los zit. Dit komt in verschillende gradaties voor.



Jack Russelpups
Jack Russel pups

Pups

Voor de meeste fokkers heeft het de voorkeur om de nest met puppy's in huis te hebben. De puppy's worden 4 keer ontwormd, en na 6 weken krijgen ze de puppy enting. Als de Jack Russelpuppies 8 weken oud zijn, kunnen ze naar hun nieuwe baas.
Men moet er echter wel rekening mee houden dat een Jack Russel tussen de 15 en 17 jaar oud kan worden, dit zijn geen uitzonderingen.

Gebruik

Van oorsprong werden deze hond gebruikt voor de vossen en dassenjacht. Bij de vossenjacht te paard volgden de Foxhounds het spoor van de vos. Als de vos zich terug trok in zijn hol, dan moest de Jack Russel Terriër de vos uit zijn hol jagen. Door zijn witte kleur is de terriër gemakkelijk te onderscheiden van de vos.

Franse bulldog

Franse bulldog


Algemene informatie

De Franse Bulldog is een echte gezelschapsdier. Hij is goedmoedig en past zich gemakkelijk aan verschillende levensstijlen aan. Verder is het een sociaal, levendige, speels en slimme hond. De hond is absoluut niet geschikt om als kennelhond te houden, hij wil graag bij de mensen in de buurt zijn. De Franse Bulldog is zelfbewust en kan soms wat onverdraagzaam zijn tegenover andere honden die groter als hemzelf zijn.
Deze hond verdraagt koude en hitte slecht, bij warm weer moet hij zich zo min mogelijk inspannen. Zorg ervoor dat de hond bij warm weer in de schaduw kan liggen, door zijn korte snuit kan de hond sneller problemen krijgen met zijn ademhaling dan andere hondenrassen. Voor een Franse Bulldog is problemen met zijn ademhaling en oververhitting, een levensbedreigende situatie.
Eten doet deze hond graag, U zult er goed op moeten letten dat de hond niet te rond wordt.


franse bulldog vacht
Franse Bulldog vacht

Historie

De Bouledogue Francais, of te wel de Franse Bulldog is ontwikkeld in Frankrijk. De directe voorouder is de Engelse Bulldog, niet de bulldog die we nu kennen. Vroeger was de Engelse Bulldog een atleet die hoog op poten stond.
Hoe lang de franse Bulldog als ras bestaat is niet bekend, in 1631 komt deze hond wel al in de literatuur voor. Later werd de bulldog gekruist met terriers en ook de mopshond. Hierdoor kent de Franse Bulldog ook de fawnkleur. Deze hond was zeer populair in Frankrijk.
Maar er bestaan verschillende theorieën over het ontstaan van dit ras.




Algemeen uiterlijk

Een Franse Bulldog is niet lichter dan 8 kilo en niet zwaarder dan 14 kilo voor een Bulldog in goede conditie. De grootte is in proportie met het gewicht.
Deze hond is een kleine maar krachtige hond. het hoofd moet zeer krachtig, breed en vierkant zijn. Het hoofd van een Bulldog heeft een terugwijkende neus. Deze wipneus is breed, zeer kort en de neusgaten liggen schuin naar achter. Verder heeft deze hond zwarte lippen die zwart zijn en een beetje slap hangen. De bovenlip sluit aan op de onderlip, zijn tanden en tong zijn niet te zien. De ondertanden staan niet achter de boventanden. De onderste snijtanden staan in een ronde boog.
De Franse Bulldog heeft donkere ogen die laag geplaatst zijn. De oren zijn hoog op het hoofd geplaatst, die breed bij het begin zijn en rond aan de bovenkant. Verder heeft de hond een korte staart.

franse bulldog verzorging
Franse Bulldog verzorging

Vacht

De Franse Bulldog heeft een mooi glanzende en zachte vacht. Zijn vacht bestaat uit dichte en glad haar. De kortharige vacht vraagt geen intensieve verzorging.
De kleur van de Bulldog is effen Fawn, gestroomd of niet, of met een beperkt aantal platen ( bont ).


Pups

De bevalling bij dit hondenras is over het algemeen niet makkelijk. De meeste teven van dit ras zijn niet in staat om de pups zelf te wereld te brengen. Vaak gebeurt dit via een keizersnee.
Het is een gevoelige hond van aard, en zeker niet de gehoorzaamste hond. De opvoeding moet geduldig en consequent gegeven worden. De hond is wel zo slim om misbruik te maken van de zwakte van de baas.

franse bulldog pups

                                                              Franse Bulldog pups

Gezondheid

Honden met een stompe snuit hebben meer problemen met de ademhaling dan de honden met een langere snuit. In het verleden kwamen ademhalingsprobleem heel veel voor bij deze hondenras. Echter door selectief te fokken met deze honden, is dit probleem aardig terug gedrongen.
Problemen die te maken hebben met zijn kortschedeligheid ( kortsnuitsyndroom), zijn te korte of vernauwde neusgaten, vergrote amandelen, slijmvliezenplooien in de keel. Ook een te nauwe luchtpijp kan voorkomen bij deze honden.
Verdere aandoeningen die kunnen voorkomen bij dit ras, is problemen met de rug, loszittende knieschijf, huidaandoeningen en ingegroeide staart. Verder is het belangrijk om te weten dat dit ras anders kan reageren op narcose, dan andere hondenrassen.

Gebruik

De Franse Bulldog is een echte gezelschapshond. Vroeger werd deze hond gebruikt om te vechten met een stier, beer, zwijn of leeuw. In het verleden werd deze hond ingezet bij het " bullbaiten ", dit was een engelse sport waarbij honden moesten vechten tegen stieren.
De hertog van Devonshire schafte het bullbaiten af in 1778. In 1835 werd het bij de wet verboden om stierengevechten of andere dieronvriendelijke sporten te beoefenen.

Bouvier

Bouvier


Algemene informatie

De Bouvier is een stoere, temperamentvolle hond. Het is een actieve hond, die graag wil werken. Deze " koehond " was vroeger de hond van de veehandelaren. Het was zijn taak om de koeien naar het slachthuis te begeleiden. De Belgische koehonden waren herdershonden van een robuuste lichaamsbouw. Over het algemeen waren ze wat moediger en ruwer dan de herdershonden die bij de schapen liepen. De koehond moest wel zwaar en groot zijn om indruk te maken op de koeien en paarden. Maar naast de kracht en volume van de hond, moest de hond ook snel en behendig zijn. Dit om de hoeven van een eventuele nukkige koe te ontwijken.
De Bouvier is pas volwassen als de hond drie jaar is, dit is wel wat later dan de meeste honden.



bouvier vacht
Bouvier vacht

Historie

Bouvier des Flandres of ook wel de Vlaamse Koehond genoemd. Er is niet echt veel bekend over de vroege geschiedenis van dit hondenras. Voornamelijk heeft de ontwikkeling van dit ras zich voldaan aan de rivier de Leie. Deze loopt door het Franse Picardie en Vlaanderen. De herkomst van de Bouvier moet waarschijnlijk gezocht worden in de oude boerenrekels, dat waren stoere en zware honden.
Volgens Louis Huyghebaert, een autoriteit op hondegebied in zijn tijd, waren het de monniken van de abdij Ter Duinen in Koksijde die de Bouvier zijn gaan fokken.
De Bouvier liep vroeger s'nachts om de boerderij, om de bezittingen van zijn baas te beschermen. Overdag was de hond aan het vee drijven, of lag aan de ketting op het erf.


Algemeen uiterlijk

De reu bereikt een schofthoogte tussen de 62 -68 cm en wordt 35-40 kilo. Voor de teef geldt een schofthoogte van 59-65 cm en 27-35 kilo.
Het lichaam van de Bouvier is kort en gedrongen. De Bouvier des Flandres maakt een krachtige indruk. Zijn hoofd heeft een massief voorkomen, wat wordt versterkt zijn baard en snor.  Zijn ogen zijn licht ovaal van vorm, waarvan de kleur zo donker mogelijk is. De neus moet goed ontwikkeld zijn en zwart van kleur, en verder zijn de  neusgaten  goed geopend.
Deze hond moet in het bezit van krachtige kaken die even lang zijn. De tanden zijn regelmatig ingeplant, het schaargebit of tanggebit moet volledig zijn.
Vroeger werden de oren en staart gecoupeerd van de Bouvier , maar dit mag sinds september 2001 niet meer. Alhoewel er ook Bouviers geboren worden zonder staart. De oren zijn hoog aangezet, boven de ooglijn. De klapvouw mag niet boven het schedeldak uitkomen.




bouvier verzorging
Bouvier verzorging

Vacht

Het haar van de zeer overvloedige van de Bouvier moet ruw aanvoelen. Zijn vacht bestaat uit dekhaar met het lichte onderhaar, wat een zeer goede " jas " vormt voor de plotse klimaatwisselingen van de streek van de herkomst van deze hond. Ook moet de vacht de hond beschermen tegen distels en andere prikkelstruiken. Verder moet het haar droog en mat zijn, en niet te kort of te lang ( 6 cm ).
De vacht van de Bouvier moet regelmatig geborsteld worden om klitten te voorkomen. Ongeveer drie keer per jaar moet de hond naar de trimmer om geplukt te worden. Met het trimmen wordt het dode en loszittende haar uit de vacht geplukt.
Over het algemeen is de vacht grijs, gestroomd of zwartgevlamd ( charbonne ). Volledig zwart mag ook, maar dit mag niet de voorkeur krijgen. Een witte ster op de voorborst wordt getolereerd.




Pups

De primaire socialisatiefase ligt tussen de derde en twaalfde week. De eerste stuk gebeurt bij de fokker, het laatste stukje bij de eigenaar. Na de twaalfde week komt de secundaire socialisatiefase. Deze fases zijn zeer belangrijk voor de vorming en gedrag van de hond.
Het is belangrijk om de Bouvierpup rustig maar consequent op te voeden. Ze mogen graag op jonge leeftijd de baas spelen.

bouvier pups
Bouvier pups

Gezondheid

Zoals bij de meeste grote hondenrassen komt heupdysplasie voor bij dit ras. Ook wil een maagtorsie nog weleens voorkomen bij de Bouvier. Bij een maagtorsie ( maagkanteling ), draait de maag binnen de buikholte om zijn as. Waardoor de maag afgesloten wordt van de darmen en slokdarm. Dit is een levensbedreigende situatie voor de hond, die zo spoedig mogelijk naar de dierenarts moet.



Gebruik

Van oorsprong is de Bouvier een werkhond, tegenwoordig wordt deze hond als huishond gehouden. Het is een uiterst robuuste, speelse gezinshond met een sociale karakter.
Verder kan men goed met deze hond trainen. Vroeger werd de hond gebruikt in het leger, politie en douane. De Bouvier is wel trager als een herdershond, men zal dus iets meer geduld moeten opbrengen. De Bouvier is een robuuste en stabiele hond die over het algemeen niet snel kwaad wordt. Men ziet het ook weer terug in het pakwerk, de hond kan behoorlijk hard inkomen, maar op een eerlijke manier.

Beagle

Beagle


Algehele informatie

De Beagle is een vriendelijke hond die graag midden in het gezin staat. Deze hond houdt van aandacht en gezelligheid. Om alleen te zijn zal hij nooit echt prettig vinden, alleen kan men het deze hond best leren. Verder is dit hondenras actief, vrolijk en nieuwsgierig. De mindere kanten van dit ras zijn, blaffen, zwerfgedrag, graven en het Oost-Indisch doof zijn. Echter door middel van een goede opvoeding, kan men deze hond wel in goede banen leiden.

beagle verzorging
beagle verzorging

Historie

De Beagle stamt af van primitieve Brakken. Deze honden werden gebruikt om klein wild als haas op te sporen. Men vermoedt dat er in de tijd van de Romeinse invasie al grotere en kleinere Brakken voorkwamen in het huidige Groot-Brittannië.
Het is niet duidelijk waar de naam Beagle vandaan komt. Het zou kunnen zijn van het franse woord
"begule ", wat betekent wijd open keel. Dit zou kunnen verwijzen naar het veelvuldig blaffen als deze hond aan het werk is. Wat ook nog zou kunnen is het woord "begle ", dit betekent in het Keltisch klein.
In het verre verleden was het Engelse koningshuis al een grot liefhebber van de Beagle, vandaar dat er veel documentatie van dit hondenras aanwezig is.

Algemeen uiterlijk

De Beagle is een kleine hond die fors en compact gebouwd is.  De honden bereiken een schofthoogte van tussen de 33 en 40,5 centimeter. Het hoofd is tamelijk lang, maar niet grof. De hond heeft ogen die donkerbruin of hazelnootkleurig zijn. Deze ogen zijn tamelijk groot, maar puilen niet uit. Verder zijn de ogen goed uit elkaar geplaatst en hebben een zachte en aantrekkelijke uitstraling.
De hond zijn oren zijn lang met afgeronde punten. Deze oren zijn laag aangezet en worden tegen de wang gedragen. Verder heeft deze hond een voldoende lange hals, zodat de hond zijn neus makkelijk aan de grond kan krijgen om het spoor te volgen. De Beagle zijn staart is stevig en matig van lengte. Deze staart is hoog aangezet en wordt vrolijk gedragen, maar niet over de rug gekruld.
beagle vacht
beagle vacht

Vacht

De vachtverzorging van de Beagle is zeer simpel bij deze hond. Wel is het verstandig om de oren van deze hond regelmatig te controleren en schoon te maken. Deze hond heeft een vacht die kort, dicht en bestand is tegen het weer.
De Beagle mag iedere erkende brakkenkleur hebben, behalve de leverkleur. Verder heeft deze hond een witte staartpunt.

Puppies

Met het werpen van een nest kan dit ras soms problemen hebben, waardoor een keizersnee nodig is. De Beagle is een oplettende hond en vertoont geen agressie of angst.
Wat betreft de opvoeding is de Beagle niet de makkelijkste hond. Meutehonden hebben in de jacht een zelfstandige taak. Zij wachten niet het commando af van de baas, maar speuren het wild zelf op. Als deze hond eenmaal op het spoor zit, laat deze hond zich niet meer afleiden. Voor een jachthond een zeer goede eigenschap. Echter zeer vervelend als dit gebeurt in zijn rol als huishond.
Wel is het zo dat de tegenwoordige honden beter luisteren dan de oorspronkelijke jagende Beagles.


beagle pups
beagle pups

Gezondheid

Het is voor deze hond zijn gezondheid belangrijk dat u deze hond in slanke conditie houdt. Dit is niet gemakkelijker gezegd dan gedaan. Deze hond is in het bezit van een gezonde eetlust en reukvermogen, en zal dus altijd iets eetbaars vinden. Ook staat dit ras bekend om het eten van de eigen ontlasting ( coprofagie ).
Verder is het belangrijk om regelmatig zijn oren te controleren en schoon te houden. Erfelijke aandoeningen die bij deze hondenras voorkomen zijn epilepsie, schildklieraandoening, oogaandoening, heupdysplasie en losse knieschijven.

Gebruik

De Beagle is in de eerste plaats gefokt voor de speciale jachtvorm " beagling ". Bij deze jachtvorm wordt er geen gebruik gemaakt van paarden, maar volgt men de meute te voet. Dit verklaart ook meteen de geringe hoogte van de Beagle. Men had geen behoefte aan hoogbenige snelle honden voor deze jachtvorm. Deze zou men nimmer te voet bij kunnen houden.
Bij " beagling " gaat men op pad met een meute van 20 a 25 honden. De honden in deze meute hebben niet allemaal dezelfde taak. Eerst wordt er een hond uitgekozen die als leidehond kan dienen. Daarna zoekt de Master de honden uit die de flanken van de meute vormen. Verder wordt de meute aangevuld met jonge honden, zo dat deze jonge honden ervaring kunnen opdoen.

Border terrier

Border terriër


Algemene informatie

De Border Terriër is een sociale hond, die graag dicht bij zijn baas in de buurt is. Hij vindt het moeilijk om een lange tijd alleen te zijn. Het nadeel van deze hond is dat als hij zich verveelt, langdurig kan gaan blaffen. Bij zijn van oorspronkelijk bedoelde werk,  kan men het geblaf van deze hond vanuit het vossenhol bovengronds horen. De Border kan tegen de 15 jaar oud worden.
Deze hond is een allemansvriend, deze karaktereigenschap is deze hond nodig voor zijn oorspronkelijke werk dat hij verricht. Dat als de Border weer bovengronds komt, dat een ieder de hond kan oppakken. In de hitte van de strijd tijdens de jacht, zou deze hond verscheurd kunnen worden door de meute Foxhounds. Deze hondenras is zo gefokt dat hij zelfstandig beslissingen neemt, en niet op het commando van zijn baas afwacht. Deze honden zijn goed op te voeden, echter kan men niet overal deze hond los laten lopen. Dit komt door zijn sterke jachtinstinct. Als men de hond in de tuin laat lopen, is het verstandig om de hond een eigen plek te geven in de tuin. Want de Border Terriër mag graag gaten graven in de tuin. Verder moet deze tuin goed  afgezet zijn, deze hond is nogal slim in het vinden van een uitweg.
Men moet ook altijd rekening houden met de hond zijn prooidrift. De Border kan moeilijk samen gehouden worden met pluimvee, konijnen en knaagdieren. Ook is deze hond een echte felle kattenjager. In tegenstelling met de meeste andere terriërsrassen kan de Border over het algemeen goed overweg met andere honden. De hond zal niet gauw het gevecht uitdagen. Wel kan deze hond goed overweg met paarden, dit komt mede omdat hij vroeger met de jacht mee moest lopen met de paarden.



border terrier verzorging
border terriër verzorging

Historie

De Border Terriër vindt zijn oorsprong in het "Border District", dit is het grensgebied tussen Schotland en Engeland. De Border Terriër stond eerder bekend onder verschillende namen, zoals de Coquetdale Terriër, Elwater Terriër en Reedwater Terriër. Rond 1880 werden deze namen vervangen door de naam Border Terier. De rasstandaard werd opgesteld door de familieleden van de families Robson en Dodd.


Algemeen uiterlijk

De Border Terriër is een kleine, normaalbenige, compacte hond. Een reutje wordt tussen de 5,9 -7,1 kg, het teefje wordt tussen de 5,1-6,4 kg. De schofthoogte van deze terriër wordt niet beschreven in de rasbeschrijving. Zijn hoofd lijkt op dat van een otter, de schedel is middelmatig breed. De hond heeft donkere ogen met een indringende uitdrukking. Op zijn hoofd heeft de Border kleine V -vormige oren, die middelmatig dik zijn en dicht tegen de wangen naar voren vallen. Verder heeft de hond een korte en sterke voorsnuit. Op die snuit zit bij voorkeur een zwarte neus, maar een lever of vleeskeurige neus wordt niet als een ernstige fout beschouwd.
De hond heeft een schaargebit, dat wil zeggen dat de boventanden staan nauwsluitend over de ondertanden en zijn recht in de kaken geplaatst. Zijn voeten zijn klein, maar ze hebben wel dikke zolen. Wel heeft deze hond in verhouding lange benen, dit is vanwege dat deze hond de paarden moet kunnen bijhouden. De staart van de hond is middelmatig kort, is hoog aangezet en wordt vrolijk maar niet over de rug gekruld. Verder is zijn staart dik aan de basis en wordt geleidelijk smaller. De hond heeft geen brede borstomvang zodat hij niet blijft steken in een vossepijp. De Border Terriër beschikt over een flexibele rug, om ondergronds goed uit de voeten te kunnen.


border terrier blue and tan
border terriër blue and tan

 Vacht

De beharing van de hond is hard en dicht met een ondervacht. De ruwharige vacht van de Border Terriër moet twee maal per jaar geplukt worden als de vacht "rijp" is.Met je vingers pluk je het oude, dode haar eruit. Zodat de hond in zijn ondervacht staat. Men laat de hond zijn snor, baardje en wenkbrauwen staan.
Ondanks dat de Border Terriër een plukvacht heeft, kan de hond wel wat haar verliezen. Het is dus niet zo dat deze hond helemaal niet verhaart.
De border Terriër komt in een paar kleuren voor. Namelijk, grijs en bruin ( grizzle end tan ) en blauw en bruin ( blue and tan ). De kleur rood ( red ) komt zeldzaam voor, vroeger was er ook de tarwekleurige Border ( wheaten ), maar die kleur schijnt niet meer voor te komen.
De reden dat de Border Terriër een dikke en harde vacht heeft twee redenen. Ten eerste voor de natte en gure weertype waar de hond van oorsprong weg komt. Ten tweede biedt zijn vacht bescherming tegen beten.


Pups

De pups kunnen weg bij de fokker als ze plusminus acht weken oud zijn. Het is van belang om u zelf goed te laten informeren over dit ras. Ook is het belangrijk om vis de rasvereniging een goede betrouwbare Border Terriër kennel op te zoeken.
Veel kennels geven de voorkeur aan om de Border Terriërpups huiselijk op te voeden. Zoals bij elke hondenras is de socialisatieperiode ontzettend belangrijk voor de vorming en gedrag van de hond.
De primaire socialisatiefase ligt tussen de derde en twaalfde week. De eerste stuk gebeurt bij de fokker, het laatste stukje bij de eigenaar. Na de twaalfde week komt de secundaire socialisatiefase. Deze fases zijn zeer belangrijk voor de vorming en gedrag van de hond.



border terrier puppies
border terriër pups

Gezondheid

Deze hondenras kent weinig gezondheidsproblemen. Toch zijn er wel enkele erfelijke aandoeningen binnen deze honden. Er komen epileptische aandoeningen ( Canine Epileptoid Syndrome ) voor. Dit wordt afgekort als CECS weergegeven. Deze ziekte kenmerkt zich door krampaanvallen die op epileptische aanvallen lijken.
Verder is het verstandig om de Border Terriër regelmatig te controleren op wondjes of blessures. Deze honden zijn namelijk erg hard voor zich zelf, en laat het niet gauw merken als hij pijn heeft.


Gebruik

In wezen is de Border Terriër een werkterriër, maar deze hond kan ook prima als gezelsschaphond gehouden worden. Maar de hond is wel beweging en afleiding nodig. Op sportief gebied gezien is de hond uitermate geschikt voor bijvoorbeeld flyball en behendigheidstraining . Ook de jachttraining is een leuke activiteit voor deze hond.
De Border Terriër is een zelfstandige hond waarvan men geen slaafse gehoorzaamheid van mag verwachten. Zijn oorspronkelijk gebruik is om op vossen, marters, dassen en klein wild te jagen, hij gaat in zijn eentje onder de grond om daar de vos te lijf te gaan.

Boxer

Boxer


Algemene informatie

De boxer is waakhond die komt uit Duitsland. Met zijn enorme, vierkante bek is hij in staat iedere soort indringer aan te pakken. Op een tentoonstelling, zal de boxer op zijn moed en karakter beoordeeld worden. De hond mag niet terugdeinzen, maar moet naar voren springen.
De volwassen boxer behoudt veel van de levendigheid die hij als jong dier heeft.

Historie

De verre voorouders van de boxer, stammen af van de Tibetdog. Deze Tibetdog bestond al duizenden jaren. Vanuit het oude Griekenland werden zei ingevoerd naar het Romeinse keizerrijk. Daar werden ze gebruikt in het leger. De oren en staart werden toen gecoupeerd, zodat de vijand geen houvast op de hond kon krijgen. Toen op een gegeven moment geheel West Europa was veroverd, waren de honden niet meer nodig voor het leger.
Daardoor werd er een andere taak voor de hond gezocht. De boxer werd toen ingezet als waak en verdedigingshond, en als veedrijver. Verder werd de hond gebruikt voor de jacht op beren en everzwijnen. Deze honden werden toen de Brabantse bullenbijters genoemd. Uit de Brabantse bullebijter en de Engelse buldog, is de boxer ontstaan.
Het is niet precies bekend, hoe de naam Boxer is ontstaan. Men vermoedt dat de naam voortkomt de bewegingen van de hond als hij speelt. Het is dan net een vuistvechter die in de ring staat, zoals de boxer met zijn voorpoten beweegt.


boxer verzorging
Boxer verzorging

Algemeen uiterlijk

De boxer heeft en krachtige en gedrongen en gespierde bouw, met een sterk beendergestel. De Reu wordt 57-63 cm en 35-39 kg. En de teven 53-59 cm en 28-32 kg. Dit is de Duitse standaard, in Amerika zijn de boxers 65 cm op de tentoonstellingen.
De kop van de hond moet goede afmetingen hebben in verhouding tot de rest van het lichaam. Verder een brede en krachtige snuit, de kop mag geen vouwen hebben. De onderkaak moet uit steken, de hond is een onderbijter. De onderkaak steekt boven de bovenkaak uit.
Donker, glimmende bruine ogen heeft de  boxer, met een brede zwarte neus. De oren bevinden zich hoog op de kop, en vallen in een plooi langs de kop. De hond heeft een lange staart, die hoog is aangezet.
Vroeger werden de oren en staart gecoupeerd van de boxer, maar dit mag sinds september 2001 niet meer.


boxer vacht
Boxer vacht

Vacht

De vacht van de boxer is kort en glanzend. Ze zijn geel, bruin of getijgerd. Bij de getijgerde boxers, moeten de strepen goed afsteken van de ondergrond.
Enkele witte vlekken zijn toegestaan, maar ze mogen niet meer dan een derde van het lichaam bedekken.

Pups

Men kan natuurlijk een boxerpup gaan zoeken via een boxer kennel. Probeer na te gaan of de boxerkennel die u op het oog heeft, goede resultaten heeft bereikt en op een verantwoord manier boxerpups fokt. De boxer is als pup natuurlijk schattig om te zien. Maar deze pup groeit snel uit tot een volwassen hond. De boxer is ook een grote kindervriend. Maar de hond zal consequent opgevoed moeten worden. De boxer heeft een eigen wil, en zal zeker gaan kijken hoever hij daarmee kan gaan.


boxer pups
Boxer pups

Gebruik

De boxer is altijd al bestemd geweest voor het gebruik als waak en verdedigingshond. Dit komt door zijn onverzettelijke moed. Hij zal altijd zijn baas verdedigen.
Er zijn ook veel hondenbezitters, die met hun boxer de hondensport bedrijven.

Duitse herdershond

Duitse herdershond


Algehele informatie

Lang geleden waren de Duitse herdershonden, de steun en toe verlaat van de herders. Ze beschermden de kuddes tegen roofdieren. De belangrijkste taak van deze herdershonden was het bewaken van de kudde. Als een wolf de kudde naderde, moest de herdershond, de wolf verjagen.
De Duitse herdershonden in die tijd, waren erg goed in die taak. Ze waren waakzaam, onverschrokken, onvermoeibaar en bereid tot vechten. Hij is terughoudend tegenover vreemden, maar trouw aan zijn baas. De kop van een Duitse herder heeft een levendige en trouwe uitdrukking. Het dier is voortdurend waakzaam en onbevreesd.
Hij wordt veel gebruikt als politiehond, reddingshond, waakhond en blindengeleidehond. De Duitse herder is van zeer oude afkomst: hij stamt uit de tijd van de eerste Europese herdershonden.
In de vorige eeuw was de Duitse herder zo populair, dat het ras in karakter en gezondheid achteruit ging door het onzorgvuldig fokken. Maar door de strenge eisen van de rasvereniging, wat betreft karakter, uiterlijk en gezondheid, heeft dit hondenras weer een goed niveau bereikt.



duitse herder verzorging
Duitse Herder verzorging

 Historie

In Engeland werd de eerste Elzasser-hond ( de Duitse herdershond ), door een veteraan uit de eerste wereldoorlog ingevoerd. De hond werd Elzasser- wolfshond genoemd, afgekort Elzasser. Zoals bij veel hondenrassen, is de uiterlijk van de hond in loop van de eeuwen gewijzigd. Onze voorouders interesseerden zich niet zo veel voor het uiterlijk van hun honden. De dieren moesten geschikt zijn voor het werk.
In 1899 werd de 'Vereniging voor de Duitse Herdershond"opgericht, waarvan Herr Mayer voorzitter was. Die werd later opgevolgd door Ritmeester Von Stephanitz, een van de beste kenners van dit ras.
De oorspronkelijke honden uit de Elzas, waren grote honden met een zware vacht en hangende oren. De oude rassen uit Frankenland en Thuringen waren kleiner, wolfsgrijs en met staande oren. Door verschillende fokprogramma's met deze drie typen honden, kon er zowel een mooie als intelligente hond ontstaan.
Hierdoor zag Von Stephanitz zijn droom uitkomen, zijn geliefde Duitse herder.



zwarte duitse herder
 zwarte duitse herder


 Algemeen uiterlijk

De Duitse herdershond is een middelgroot, goed gespierde en krachtige hond. De hond komt van oorsprong uit Duitsland. De reu heeft een schofthoogte van 60-65 cm, en een gewicht van 30 tot 40 kg. De teef bereikt een schofthoogte van 55 -60 m, en worden 22 tot 32 kg.
Zijn kop heeft een levendige en trouwe uitdrukking, en is wigvormig. De oren zijn middelgroot, meer breed dan lang, breed aan de basis en spits toelopend. Amandelvormig zijn de ogen, die donker van kleur moeten zijn en niet mogen uitpuilen. Deze kop staat op een sterk, lang en gespierde nek. De Duitse herder heeft een lange staart, die reikt tot de hak.
Verder heeft de Duitse herder een opmerkelijke uithoudingsvermogen, zijn gang is  soepel en harmonieus. Hij heeft een sterke bek, met een goed ontwikkeld gebit, met 42 tanden.
De hond heeft een schaargebit, de snijtanden van de bovenkaak valt als een schaar over de onderkaak heen. De neus van de Duitse herder moet altijd zwart zijn.


verschillende kleuren duitse herders
Verschillende kleuren Duitse herders

Vacht

Elke willekeurige kleur kan de Duitse herder hebben, behalve wit is niet toegelaten. De meest voorkomende kleuren zijn: zwartbruin, zandkleurig, zwart-goudkleurig en wolfsgrauw. Ook zijn er Duitse herders die compleet zwart zijn. Als de hond kleine witte onopvallende borstvlekken heeft, is dit toegestaan, maar niet gewenst.
De kleur wit wordt niet erkend bij de Duitse herdershonden. Maar in Canada en Amerika werd de witte herder gefokt, de Amerikaanse Canadese herder. De lichaamsbouw en schofthoogte is hetzelfde als van de Duitse herder. De hoeking van de achterbenen zijn niet zo extreem.
Stokhaar; hebben ongeveer 6 cm lange dekharen met ondervacht, de bovenvacht is hard en goed gesloten. Deze honden hebben een wat vollere broek en staart. Er is vrijwel geen klitvorming, echter in de verharingsperiode veel haaroverlast.
Langhaar; lang stokhaar daarvan zijn de dekharen langer dan 6 cm, tussen het dekhaar zit de ondervacht. In de verharingsperiode is de vacht veel verzorging nodig, anders ontstaan er klitten.


duitse herder pups
Duitse Herder pups

Pups

Voor een hond geldt een draagtijd van 57-72 dagen, gemiddeld gaat men uit van 62 dagen. Als de pups geboren zijn, kunnen ze de fokker na de zevende week verlaten. Een goede fokker zal de Duitse herderpups niet eerder weg laten gaan.
Dan breekt er voor de nieuwe eigenaar van de pup een drukke tijd aan. De pup moet wennen aan de nieuwe omgeving, zindelijk gemaakt worden, wennen aan het dragen van een halsbandje. Zeker in het begin moet men de pup kleine stukjes lopen, met het uitlaten. Met kalmte, duidelijk en liefde voor de hond zal dit geen probleem zijn. Aangezien de Duitse herder een slimme en leergierige hond is.
De primaire socialisatiefase ligt tussen de derde en twaalfde week. De eerste stuk gebeurt bij de fokker, het laatste stukje bij de eigenaar. Na de twaalfde week komt de secundaire socialisatiefase. Deze fases zijn zeer belangrijk voor de vorming en gedrag van de hond.
Tussen de vijfde en zesde maand komt de pubertijd, zijn ze zogenaamd vergeten wat ze geleerd hebben. Maar met een stukje geduld en duidelijkheid, pakt de leergierige hond de dingen zo weer op.


Gezondheid

Helaas komen er bij deze hondenras ook ziektes voor. Waaronder heupdysplasie, in de volksmond vaak HD genoemd. Bepaalde rassen zijn gevoelig hiervoor, waaronder de Berner Senner, Golden Retriever en de Duitse Herder.
Heupdysplasie zit in de bekken waarvan de heupkom niet goed in past, een ontwikkelingsstoornis. In de regel is de heupkom te ondiep. Dit heeft tot het gevolg dat de hond moeilijk en stram gaat bewegen. Tevens heeft het vervroegde slijtage ( atrose ) van het kraakbeen in de gewrichten tot gevolg. Ten dele is HD erfelijk, maar ook kan de voeding in de beginjaren een rol spelen. Door de pijn die de hond heeft, wordt hij minder actief. Dit heeft als gevolg dat de ontwikkeling van de spiermassa rond de gewrichten achter blijft.


Duitse herder hulphond
Duitse herder hulphond

Gebruik

Om de hond te gebruiken als waak en verdedigingshond, moet de hond over moed, strijdlust en hardheid  bezitten. Verder moet de hond wat betreft zijn karakter zelfverzekerd, evenwichtig en goedaardig zijn.
De Duitse herder is een van de populairste hondenrassen, die zeer goed als familiehond kan dienen. De Duitse herder houdt van werken, en laat zich makkelijk voor ieder doel africhten.
Er zijn dan ook vele verschillende soorten hondenverenigingen, waar men met de Duitse herder terecht kan.






Oudduitse herdershond

Algehele informatie

De Oudduitse herder is ontstaan uit de Duitse herdershond. De herder is een mooi en sterk gebouwde herder. Het verschil tussen de Oudduitse herder en Duitse herdershond is het verschil in lengte van de vacht.
Verder loopt de ruglijn van de Oudduitse herder recht, terwijl die van de Duitse herder schuin afloopt. De hond is intelligent, moedig en zelfverzekerd. Men kan de Oudduitse herder inzetten als politiehond, blindengeleidehond, reddingshond, hulphond of als familiehond.


oudduitse herdershond
Oudduitse herder

Algemeen uiterlijk

De Oudduitse herder is middelgroot, stevige gespierde en krachtige hond met een brede en sterke rug. De reu bereikt een schofthoogte van 60 tot 65 cm en wordt 30-40 kg. En de teef 55 tot 60 cm en wordt 22-32 kg.
De herder heeft een wigvormige hoofd, met amandelvormige ogen. Die niet mogen uitpuilen, en donker of lichtbruin van kleur zijn. De oudduitse herder heeft sterk ontwikkelde kaken, waar 42 tanden in staan. De hond heeft een schaargebit. Verder heeft de herder een zwarte neus, en is de bovenkant van de snuit recht. De lippen zijn donker van kleur en sluitend. De nek is sterk en gespierd, zonder halskwab. De staart is gepluimd en komt voorbij de hakpees.

Vacht

Ook bij de Oudduitse herder is de kleur wit niet gewenst. De herder komt voor in de kleuren zwart met roodbruin, goudbruin tot lichtgrijs. Geheel zwart, geheel grijs, grijs met donkergrijs met wolkjesmotief, zwarte zadel en masker.
De Oudduitse herder heeft een vacht die langharig is, middelgrof haar met een wollige ondervacht.


pups oudduitse herder
pups oudduitse herder

Golden Retriever

Golden Retriever


Algehele informatie

De golden retriever is een hond, die graag voor zijn baas werkt. Het is een hond die weinig blaft, en aanhankelijk is naar het gehele gezin. Hij wordt niet graag alleen gelaten. Ook al zijn ze erg zelfverzekerd, ze zijn erg gevoelig voor harde woorden. Verder geldt het ook voor de golden retriever, dat ze consequent opgevoed moeten worden. Het zijn goedmoedige honden, en agressie is uit den boze.
De hond leert snel, en wat de hond heeft geleerd blijft goed hangen in zijn geheugen. Een golden retriever is dan ook een makkelijke hond om op te voeden.
Kort samen gevat is de golden retriever een intelligente, vriendelijke, goedaardige, zelfverzekerde en evenwichtige hond.

Historie

Omstreeks 1800 zijn de golden retrievers ontwikkeld in Groot Brittannië. Men vermoedt dat de golden retriever is ontstaan uit de Tweed water spaniël, Newfoundlander, de Ierse setter en nog een paar water spaniëls.
Op een landgoed in Schotland heeft Heer Tweedmouth, de retriever ontwikkeld, zoals de golden retriever nu is. Hij wilde een hond die loyaal, vriendelijk, maar toch levendig en energiek zou zijn. Verder moest de hond graag in het water willen gaan. De naam Golden Retriever werd pas in 1920 aan de hond gegeven.




golden retriever verzorging
Golden retriever verzorging

Algemeen uiterlijk

De golden retriever is een stevig gebouwde hond. De reu bereikt een schofthoogte van 56-61 cm, het teefje 51-56 cm. Het gewicht van de hond zit tussen de 27 en 34 kilo. Verder hebben ze donkerbruine ogen met donkere oogranden. Een zwarte neus heeft de voorkeur voor de golden retriever. De staart is lang genoeg om de hak te raken, wordt op rughoogte gedragen. In de staart mag geen krul aan het eind zitten.
Het hoofd van de retriever moet verder in balans zijn. Fijn besneden met een brede, maar niet te grove schedel. De oren zijn van matige grootte, en zijn op gelijke hoogte geplaatst met de ogen.
De hond heeft verder sterke kaken, met een regelmatige en volledig schaargebit.
Het algemeen beeld van de retriever is dat de hond evenredig gebouwde hond is , met een krachtige en levendige uitstraling.

Vacht

De kleuren rood en mahonie zijn niet toegestaan. Golden retriever komen voor in de tinten van goud tot roomkleur. Alleen een paar witte haren op de borst wordt toegestaan. De hond heeft een halflange vlak of golvende vacht. De vacht is dicht en waterafstotend.

 


golden retriever met pups
golden retriever met pups

Pups

Als u een golden retrieverpup in huis wilt halen, is het belangrijk om naar een goede fokker op zoek te gaan. De golden retriever is een populaire hond. En zoveel te populairder de hond is, zoveel te groter de kans aanwezig is, dat men een overfokte hond krijgt in het ras. Hierdoor komen er veel agressie gestoorde honden voor in dit ras. Vooral bij de golden retriever is het belangrijk dat de fokker zich aan de goede fokrichtlijnen houdt.
Voor een hond geldt een draagtijd van 57-72 dagen, gemiddeld gaat men uit van 62 dagen. Als de pups geboren zijn, kunnen ze de fokker na de zevende week verlaten. Een goede fokker zal de golden retriever pups niet eerder weg laten gaan.
Het is een hele verantwoording om een pup op te voeden. Laat de pup de eerste dag alleen u huis en tuin verkennen, dit is meer dan genoeg voor de nieuwe aanwinst. Ook al is alles nieuw, u zult wel direct duidelijk moeten zijn naar de pup.

Gezondheid

Zoals bij de meeste hondenrassen komen er bij de golden retriever helaas ook ziektes voor. De golden retriever kan last krijgen van huidaandoeningen, zoals atopische dermatitis. Dit is een allergische aandoening, ontsteking van de huid. Verder zijn ze bekend met oogafwijkingen, zoals grauwe staar.
Tevens kunnen ze last van de gewrichten krijgen, elleboog en heupdysplasie. Bij deze gewrichtsproblemen sluiten de gewrichtsonderdelen neit goed op elkaar aan. Dit geeft weer problemen met bewegen en veroorzaakt pijn.
De bovengenoemde oog en gewrichtsafwijking zijn erfelijk. Het is dus belangrijk dat de reu en teef waar mee gefokt wordt, dit niet hebben.



Gebruik

De golden retriever is hond die houdt van zwemmen en apporteren. Vooral een combinatie van beide, daar maakt men de hond zeer gelukkig mee. De hond heeft een groot uithoudingsvermogen. Het is een echte apporteerhond, die graag "het prooi "uit het water apporteert. Door zijn dikke zachte lippen, beschadigt hij het "het prooi "niet.
De golden retriever is van origine een jachthond, maar kan ook zeer uitstekend gebruikt worden voor verschillende sporten. Het is ook een zeer geliefd ras om op te leiden als blindengeleidehond en hulphond.